vrijdag 29 maart 2013
Goede Vrijdag
Vandaag is het Goede Vrijdag. De vrijdag voor Pasen, waarop we het lijden en sterven van Jezus gedenken.
De gebeurtenissen staan beschreven in de vier canonieke Evangeliën; Matteüs 27:1-61, Marcus 15:1-47, Lucas 22:66–23:56 en Johannes 18:28–19:42, waar ze als volgt worden weergegeven:
Heel vroeg in de morgen komen de hogepriesters, oudsten en het hele sanhedrin bij elkaar. Besloten wordt om Jezus ter dood te brengen. Hij wordt geboeid en naar de stadhouder Pilatus gebracht. Die weet zich niet goed raad met de situatie, bedenkt dan dat Jezus oorspronkelijk uit Galilea komt en daardoor onder het recht van Herodes valt. Deze blijkt in de stad te zijn, waarop Jezus naar Herodes gestuurd wordt.
Herodes drijft de spot met Jezus; hij geeft hem een mantel en stuurt hem als een "nepkoning" terug naar Pilatus. Deze probeert Jezus vrij te laten, door het volk te laten kiezen tussen een moordenaar en Jezus. Het volk heeft echter liever de moordenaar vrij. Pilatus laat Jezus geselen. Romeinse soldaten nemen hem mee naar de binnenplaats van het gerechtsgebouw, zetten een doornenkroon op zijn hoofd en doen hem een purperen mantel om. Ze lachen hem uit en slaan hem op zijn hoofd. Pilatus laat hierop Jezus aan het volk zien, maar het wordt niet voldoende geacht; "kruisig hem". Uiteindelijk geeft Pilatus toe aan de wens van het volk en 'wast zijn handen in onschuld'.
Tussen acht en negen uur 's ochtends wordt Jezus gekruisigd, tussen twee moordenaars. Drie uur later wordt het donker op heel de aarde, tot drie uur 's middags (Matth. 27:45). Dan sterft Jezus. De aarde schudt, het voorhangsel in de tempel scheurt van boven naar beneden en enkele doden staan op.
Tegen de avond gaat Jozef van Arimathea naar Pilatus en vraagt toestemming om Jezus te begraven. Hij wordt in een graf gelegd, dicht bij Golgotha.
De betekenis van de dood van Jezus en van Goede Vrijdag ligt in het offer dat Jezus volgens de evangeliën heeft gebracht (Marcus 10:45). Zijn dood wordt in het Nieuwe Testament gezien als een offer (Hebreeën 10:4-10). De offers in het Oude Testament moeten gezien worden als een voorafschaduwing van of vooruitzien naar de dood van Jezus. De geofferde dieren (vooral de lammeren) wezen er al op dat voor betaling van de schuld bloed nodig is. Johannes de Doper heeft Jezus aangewezen als het Lam van God (Johannes 1:29). Door zijn dood heeft Jezus de schuld van de zonde betaald. Daardoor heeft Jezus ook de satan overwonnen. Christenen herdenken daarom op Goede Vrijdag de verlossing van de zonde en de overwinning op de satan.
Hoewel dus het lijden en sterven van Jezus centraal staat, spreekt de Kerk toch van 'Goede' Vrijdag, om erop te wijzen dat Jezus zichzelf opgeofferd heeft ter verzoening van de zonden. Andere bronnen noemen echter dat een verbastering van "Gods vrijdag" heeft geleid tot de naam zoals wij hem nu kennen.
bron: wikipedia
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten